- De bedrijvigheid in de Nederlandse industrie is in mei opnieuw licht gekrompen, met ook een verdere daling van het aantal nieuwe orders.
- De horeca zette in het eerste kwartaal van dit jaar 3,4 procent meer om dan een jaar eerder, de detailhandel presteerde 4,2 procent meer.
- Ondernemers blijven toch licht negatief over de toekomst.
- Lees ook: Gemeentelijke vergunning voor starten broodjeszaak of koffietent kost gemiddeld €375, maar in Amsterdam bijna €3.000
De bedrijvigheid in de Nederlandse industrie is in mei opnieuw licht gekrompen, met ook een verdere daling van het aantal nieuwe orders. Dat stelt de Nederlandse Vereniging voor Inkoopmanagement (Nevi) op basis van haar maandelijkse inkoopmanagersindex. Volgens de Nevi blijven het handelsbeleid en de importheffingen van de Amerikaanse president Donald Trump voor onzekerheid zorgen.
De graadmeter voor de industriële activiteit van de Nevi kwam voor mei uit op een stand van 49. Dat was 49,2 in april. Een niveau van meer dan 50 wijst op groei van de bedrijvigheid en een stand daaronder duidt op krimp.
Volgens de Nevi daalde het totaal aantal nieuwe ontvangen orders halverwege het tweede kwartaal opnieuw. Dat was de tiende daling in de afgelopen elf maanden. Volgens de onderzoekers waren afnemers terughoudend in het plaatsen van orders in het huidige economische klimaat.
De Nevi zegt dat de productieomvang wel toenam, deels door nieuwe projecten en het wegwerken van achterstallige orders. Bedrijven krompen echter de werkgelegenheid verder in en verminderden ook de inkoopactiviteiten. Producenten zijn positief over de groeimogelijkheden voor het komende jaar.
Sectoreconoom Albert Jan Swart van ABN AMRO zegt in een toelichting dat de afname van het aantal nieuwe orders eigenlijk nog meevalt gezien de grote onzekerheid. Hij verwacht dat de handelsspanningen tussen de VS en Europa kunnen afnemen na de NAVO-top eind juni in Den Haag. "De Europese NAVO-lidstaten zullen naar verwachting toezeggingen doen over extra bestedingen aan defensie, geld dat mogelijk deels aan Amerikaanse wapensystemen zal worden uitgegeven. Dat zou het door president Trump gehekelde handelsoverschot van de EU met de VS kunnen verkleinen."
16de kwartaal groei op rij voor de horeca
De horeca heeft in het eerste kwartaal van dit jaar 3,4 procent meer omgezet dan een jaar eerder, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De omzet van de sector laat daarmee al zestien kwartalen op rij een groei zien. Het laatste kwartaal waarin de omzet van de horeca kromp, was het eerste kwartaal van 2021 toen er nog coronamaatregelen golden.
Eet- en drinkgelegenheden zagen hun omzet met 4,4 procent stijgen. De omzet van restaurants groeide met 5 procent. Fastfoodrestaurants en cafés hebben respectievelijk 2,8 en 4 procent meer omgezet. Kantines en catering realiseerden met 5,5 procent de grootste omzetstijging van de horecabranches.
De omzet van logiesverstrekkers, waaronder hotels en vakantieparken, was in het eerste kwartaal 0,6 procent hoger dan een jaar eerder. Hotels hebben 2,3 procent meer omgezet. De omzet van overige logiesverstrekkers, waaronder campings en vakantieparken, kromp echter met 3,5 procent.
Het CBS meldde daarnaast dat het vertrouwen van horecaondernemers in het tweede kwartaal van 2025 is gestegen naar min 12,3, van min 17,9 in het eerste kwartaal van dit jaar. Ondanks die verbetering hadden horecaondernemers het minste vertrouwen van alle Nederlandse ondernemers. Horecaondernemers waren minder negatief over het economisch klimaat in de afgelopen drie maanden, maar wat negatiever over het economisch klimaat in de komende drie maanden.
Ook winkeliers doen het goed
Winkeliers in Nederland hebben in april meer omzet gedraaid dan een jaar eerder, meldt het CBS. De totale omzet in de detailhandel steeg met 4,2 procent, na een stijging van 4 procent in maart. Het volume, ofwel de hoeveelheid verkochte spullen of voedingsmiddelen, lag 1,7 procent hoger dan een jaar geleden. Online steeg de omzet met 2,4 procent.
Bij winkels in voedings- en genotmiddelen steeg de omzet met 2,5 procent, terwijl het verkoopvolume met 2,4 procent afnam. De omzet van supermarkten lag 1,8 procent hoger, na een stijging van 2,3 procent in maart. De omzet van speciaalzaken steeg in april met 7,7 procent. In maart steeg hun omzet met 3 procent.
In de non-foodsector nam de omzet met 5,2 procent toe en lag het volume 3,8 procent hoger. Kledingwinkels, winkels in doe-het-zelfartikelen, keukens en vloeren, winkels in recreatieartikelen, schoenenwinkels, drogisterijen en meubelzaken hebben in april meer omgezet. Bij winkels in consumentenelektronica daalde de omzet.
De onlineomzet van winkels waarvan de verkoop via het internet een nevenactiviteit is, daalde met 4 procent. Webwinkels waarvan de verkoop via internet de hoofdactiviteit is, hebben 7 procent meer omgezet.
Volgens het CBS zijn de cijfers gecorrigeerd voor de samenstelling van koopdagen in april. Op sommige dagen van de week wordt meer verkocht dan op andere dagen. Zonder deze correctie was de omzet van de detailhandel 5,3 procent hoger dan een jaar eerder.